De vrijstelling van de les godsdienst en niet-confessionele zedenleer

Interpellatie van Nadine Pâques (gemeenteraadslid - FDF) betreffende de vrijstelling van de les godsdienst en nietconfessionele zedenleer, en de inrichting van lessen burgerschap in de lagere school.

De Beleidsverklaring van de Franse Gemeenschap voorziet in de geleidelijke vervanging in het gemeenschapsonderwijs van één van de twee wekelijkse lesuren Godsdienst en Niet-Confessionele Zedenleer door lessen Burgerschapseducatie.
In februari van dit jaar heeft FDF een met redenen omklede motie ingediend in het Parlement van de Franse Gemeenschap, waarin Minister Joëlle Milquet verzocht wordt ouders en leerlingen van het gemeenschapsonderwijs de vrije keuze te laten om al dan niet de lessen Godsdienst en Niet-Confessionele Zedenleer te volgen, d.m.v. de invoering van een vrijstellingsmechanisme voor de levensbeschouwelijke vakken. FDF herinnert eraan dat de Franse en de Vlaamse Gemeenschap tegengestelde posities hebben ingenomen, en klaagt de positie die door de Franse Gemeenschap werd behouden aan, nl. het behoud van het verplichte karakter van het volgen van deze lessen.

In maart heeft het Grondwettelijk Hof een arrest uitgesproken dat ouders in het gelijk stelt die menen dat de keuze voor lessen Godsdienst of Niet-Confessionele Zedenleer leidt tot het geven van een uitgesproken levensbeschouwelijke of religieuze oriëntatie, wat slechts tot het privéleven zou moeten behoren. Bijgevolg moeten aan alle leerlingen van het gemeenschapsonderwijs, van het eerste leerjaar van het lager onderwijs tot het laatste jaar secundair onderwijs, de mogelijkheid tot vrijstelling worden voorgelegd.
FDF verheugt zich over deze historische stap voorwaarts, zelfs indien het de bedoeling is deze twee levensbeschouwelijk genoemde lesuren te vervangen door lessen wijsbegeerte, burgerschap en geschiedenis der godsdiensten. Deze stap voorwaarts zal het mogelijk maken om op termijn een programma en aangepaste pedagogische instrumenten te ontwikkelen die de verbetering van het ‘samen-leven’, de kennis van de ander, de opbouw van een actief en verantwoordelijk burgerschap en de ontwikkeling van een kritische geest en het vrij onderzoek beogen.
Concreet moet de vrijstelling voor deze lessen zo snel mogelijk worden georganiseerd en moet dit, voor wat het tweede lesuur betreft, vervangen worden door de les Burgerschap die voorgesteld wordt in de Beleidsverklaring van de Franse Gemeenschap.
Bijgevolg verzoek ik u de volgende vragen te beantwoorden:

  • Heeft u richtlijnen betreft wat betreft het volgende schooljaar?
  • Hoe hoog is het aandeel kinderen dat zal worden vrijgesteld van de lessen godsdienst/zedenleer, gelet op de resultaten van de vragenlijst die aan de inrichtende machten werd gestuurd op initiatief van het Ministerie van de Franse Gemeenschap? Werd er, naast deze vragenlijst, gebruik gemaakt van de briefwisseling van de FAPEO waarin de ouders terecht werden opgeroepen te kiezen voor deze vrijstelling?
  • Heeft u overwogen als alternatief andere lessen te organiseren?
  • Is er in de basisscholen van de Gemeente Vorst sprake van een samenwerking tussen de leraars Godsdienst en Zedenleer, om het ‘samen-leven’ beter te bevorderen?
  • Bestaan er projecten tussen scholen die als doel hebben klassen bij elkaar te brengen, om zo te vermijden dat er een kloof ontstaan naargelang van de verschillende geloofsovertuigingen?
  • Doen de scholen, meer in het algemeen, een beroep op ‘deskundigen’ (kunstenaars, filosofen, vertegenwoordigers van de verschillende gemeenten of andere)?

 

Wij danken u bij voorbaat voor uw antwoorden.
Nadine Pâques - FDF-gemeenteraadslid
De Raad keurt het voorstel van beraadslaging goed.
30 stemmers : 30 positieve stemmen.

Antwoord van Françoise Père, Schepen van Schepen van Franstalige openbare opvoeding 

Mevrouw Père antwoordt: Tot op heden, hebben wij nog geen enkele officiële richtlijn van mevrouw Milquet gekregen. Mevrouw Milquet richt zich rechtstreeks tot de schooldirecties, dit zonder contact op te nemen met de inrichtende macht. ; Het enige wat zij half mei heeft toegestuurd is een nota met voornemens. We hebben 1626 documenten verdeeld voor de peilingen.
65,7 % van de antwoorden opteren voor godsdienstlessen, 16,3 % wensen een vrijstelling en 20% van de personen hebben niet geantwoord. We hebben de brief van de FAPEO aan de peilingsbrief toegevoegd. De partij PS verdedigt ook de twee uren les in burgerschap want ze is van mening dat de kinderen samen moeten nadenken en samen een kritische geest moeten ontwikkelen.
Ze zegt dat het moeilijk is om iets te organiseren tegen het begin van het schooljaar zonder over een wettelijk kader te beschikken. Ze veronderstelt dat dit zal komen binnen de dagen of weken die volgen. Dit brengt de inrichtende macht in grote moeilijkheden om de lessen te kunnen organiseren, er blijven vele vragen in verband met de organisatie: wie gaat betalen, hoe zit het met de lokalen, want het betreft hier een bijkomende cursus… We zullen alles doen wat in onze met de lokalen, want het betreft hier een bijkomende cursus… We zullen alles doen wat in onze macht is ten voordele van de leerlingen. Ze zal niets organiseren waarbij de kinderen die voor een vrijstelling hebben gekozen benadeeld worden.
Er wordt samengewerkt met schrijvers, verenigingen, in het bijzonder onderwijs hebben de leerkrachten bijvoorbeeld de gewoonte om samen te werken. Ze haalt het voorbeeld aan waarbij de leerkrachten van de levensbeschouwelijke lessen graag samen de erediensten zouden bezoeken.
Op de vraag of er projecten tussen de scholen worden georganiseerd met tot doel de klassen samen te brengen, haalt zij het voorbeeld aan dat ze hierboven vernoemd heeft en de samenwerking tussen twee scholen (een in hoog Vorst en een in laag Vorst) tijdens de herdenking van de Gedenkstenen. Deze initiatieven moeten uitgebreid worden.

Mevrouw Plovie (Gemeenteraadslid - Ecolo) stelt een bijkomende vraag: Welke impact zal dit hebben op de werkgelegenheid?

Mevrouw Père antwoordt dat het moeilijk is om dit in te schatten op basis van peilingen. Veel godsdienstleerkrachten zijn benoemd, dit is een bijkomende moeilijkheid.e idee dat de leerkrachten die levensbeschouwelijke vakken geven, de lessen voor burgerschap voor hun rekening zouden nemen, is wat haar betreft uitgesloten, zij heeft het daar moeilijk mee.

Afdrukken